xxxx xxxx

Deus
Auteur: Sébastien Dujardin
Uitgever: Pearl Games/Asmodee/Heidelberger Spieleverlag
Jaar: 2014


recensie door

x
Alles moet een hoger doel dienen, dus we zijn hier niet zomaar kaarten aan het uitspelen en punten aan het verzamelen, laat dat voorop en duidelijk gezegd zijn. Het zijn de tempels waar het om draait, nou, in ieder geval kan elke gebouwde tempel een aardige boost aan de alreeds verzamelde punten geven. Maar zover zijn we nog niet.
x
Op een wereld die qua grootte afhankelijk is van het aantal spelers worden schepen, productiegebouwen, legers, wetenschapsgebouwen en burgerwoningen gebouwd. Dat gebeurt met het uitspelen van de desbetreffende kaart, waarna de speler een plek aangrenzend aan een al eerder gebouwd iets van hemzelf zet; het eerste bouwsel moet aan de rand van de kaart worden gebouwd. De uitgespeelde kaart wordt boven een zogenaamd spelerstableau gelegd, identiek aan het soort gebouw, schip of leger; de kleur helpt bij het sorteren. De kosten voor het bouwen staan op de kaart; meestal een of twee grondstoffen, soms ook geld. Op de kaart staat ook nog wat het gebouw oplevert of doet: een punt voor een productiegebouw op moeras, of de mogelijkheid om grondstoffen te kopen, bijvoorbeeld. Elke categorie heeft wel zo zijn eigen mogelijkheden. Een tempel kost altijd vier verschillende grondstoffen, en levert aan het eind van het spel punten op voor verschillende zaken zoals twee punten voor elk gebied met twee gebouwen of drie punten voor elk gebouw in een bosgebied.
x
x

Punten zijn ook te verdienen door de barbarendorpen die aan het begin van het spel op het bord zijn gezet, te onderwerpen. Per dorp zijn er zoveel punten neergelegd, als het dorp door gebieden omsloten is. Dat kan dus variëren van drie tot een lekkere zes punten, en wie wil die nou niet? Claimen kan door het dorp te omsingelen, dat wil zeggen bebouwen met om het even welke gebouwen. Dat kunnen dus ook schepen zijn, die overigens alleen, maar dat zal niemand verbazen, op water kunnen worden gebouwd. Wanneer de omsingeling compleet is én minstens een leger van die omsingeling deel uitmaakt, gaan de punten naar de speler die er de meeste legers had staan; bij gelijkstand worden de punten gedeeld. Die omsingeling kan trouwens uit eigen en vreemde gebouwen bestaan.
Volgende uitgespeelde kaarten uit dezelfde categorie worden boven de andere gelegd, en, da's lekker, álle kaarten uit die categorie worden opnieuw, te beginnen van onderen, geactiveerd, dat wil zeggen: alle teksten worden of kunnen opnieuw worden uitgevoerd. Op deze manier kunnen er leuke een-tweetjes ontstaan: koop tot drie grondstoffen voor een geld per stuk, en vervolgens: verkoop een specifieke grondstof voor vier geld per stuk. Het zijn wel geen punten, maar geld is zeker ook niet onbelangrijk in dit spel! Wanneer een speler een grondstof ontbeert voor het bouwen/uitspelen van een gebouw/kaart, kan hij die grondstof ook kopen voor vier geld per stuk.

x
x
De kaarten raken op een gegeven moment op, en dan mag de speler zijn hand opnieuw aanvullen tot vijf. Maar hij mag ook, wanneer hij nog kaarten in zijn hand heeft, alle of meerdere kaarten offeren; een groot woord voor afleggen, maar goed. De bovenste afgelegde kaart bepaalt in welke categorie hij offert, en op het spelerstableau is te zien wat hij ervoor terugkrijgt: altijd een gebouw, of zelfs een gebouw naar keuze (waarbij een leger en schip als gebouw wordt gezien); en grondstoffen of geld naar het aantal kaarten dat is afgelegd, waarna de speler zijn hand mag aanvullen tot vijf. Ja, offeren is ook handig wanneer de gebouwen op het spelerstableau opraken; een speler heeft er aan het begin van het spel twee per soort gekregen maar de rest ligt dus nog in de voorraad. Schepen kunnen niet bewegen maar legers wel, en deze mogelijkheid staat op sommige legerkaarten vermeld. Op die manier kunnen die meehelpen om een volgend dorp te onderwerpen of op een stuk grond te gaan staan dat puntengevend is op een tempelkaart. Wanneer alle barbarendorpen er puntenloos bij liggen, of wanneer alle tempels zijn gebouwd, is het spel uit en worden de punten geteld.
x
x
Natuurlijk is een speler afhankelijk van de juiste kaarten in dit spel. Dat kan tot veel frustratie leiden, wanneer de ene speler lekker gebruik kan maken van zijn kaarten en daardoor goed in de grondstoffen en het geld zit, terwijl de ander zijn kaarten vertwijfeld op de afleg blijft gooien in de hoop er betere voor terug te krijgen. Neem als voorbeeld een bijna omsloten barbarendorp, waarbij het een speler maar niet lukt om aan een legerkaart te komen die het karwei kan afmaken waarbij ook nog eens het gevaar bestaat dat een andere speler met een leger aan komt wandelen. Maar dat zijn de risico's die je als speler voor lief moet nemen; het is verder ook geen ingewikkeld of lang spel. Met het trekken van de tempelkaarten moet een speler ook al net zoveel geluk hebben; de tempelkaart die punten geeft voor elk gebied waar drie gebouwen staan is beslist geen favoriet en gaat mee in de offerstapel!
Met Deus is er een lekker snel ontwikkelspel uitgekomen dat het moet hebben van de kaarten en dus het kaartengeluk, en hoe een speler daarmee omgaat. Door zijn relatief korte duur blijft Deus die aantrekkingskracht houden dat een spel tot een klassieker kan maken!
© 2015 Richard van Vugt

Deus, Sébastien Dujardin, Pearl Games/Asmodee/Heidelberger Spieleverlag, 2014 - 2 tot 4 spelers vanaf 14 jaar, 60-90 minuten


x
x
x