xxxx xxxx

Bruxelles 1893
Auteur: Etienne Espreman
Uitgever: Pearl Games/Heidelberger Spieleverlag
Jaar: 2013


recensie door

x
Laten we het maar eens over relaties hebben: er zijn spellen die nooit je vriendje zullen worden. Daarmee is de toon meteen gezet: Bruxelles 1893 is er zoëen. Waarom wordt het ene spel vaker uit de kast getrokken dan het andere? Sfeer is heel bepalend, maar ook het snel terug kunnen halen van het spelverloop. Wanneer bij het selecteren van een spel de eerstvolgende gedachte: 'Hoe ging het ook alweer?' is, is de kans groter dat het spel niet gekozen wordt en in de kast blijft staan. En wanneer de ene kleine regel na de andere volgt, in een nogal abstracte setting, komt alles bij herlezen van de regels wel weer terug, maar vaak wil een speler gewoon meteen aan de slag met een spel dat een kleinere horde te nemen heeft.
x

Natuurlijk heeft niet iedere speler dezelfde perceptie: de een vindt het artwork bijvoorbeeld mooi en passend, de ander ziet er een extra belemmering in om het spel te begrijpen. Bruxelles 1893 wordt door sommigen geroemd om zijn mooie en passende art deco-elementen; anderen zien slechts twee warrige en drukke speelborden waar soms door de bomen het bos niet meer wordt gezien. Ook de neiging om allles in symbolen te vervatten wordt bij het quasi speloverzicht tot in het absurde -en microscopische- uitgevoerd.

x
Dat de spelers architecten zijn, dat gevoel komt in het spel ook niet echt terug. De spelers zijn toch voornamelijk bezig om fiches, geld en blokjes te verzamelen, en zetten hun mannetjes her en der in om aan kunst te komen, deze te verkopen, een personenkaart te kopen die bepaalde voordelen oplevert, blokjes te pakken, of, inderdaad, en dan zijn we thematisch toch nog even on track: om een gebouw te bouwen, volgens de spelregels in Jugenstilstijl maar in feite zeer abstract weergegeven door een tegeltje dat zeer uitwisselbaar is.
x
x

Er zijn twee borden: een Brusselbord en een Jugenstilbord. Merkwaardig genoeg heeft het Brusselbord de meeste kenmerken van Jugenstil wanneer we met een welwillend oog kijken; het Jugenstilbord heeft meer weg van een illustratie volgens de ligne claire/clear line in de geest van Hergé en Joost Swarte (wiki), welke laatste de term voor deze tekenstijl bedacht, niet bepaald Jugenstil. Vijf ronden worden gespeeld waarin de spelers een voor een hun mannetjes inzetten, meestal op het Jugenstilbord, soms ook op het Brusselbord waar bij een viertal posities ook nog acties te kiezen zijn.
De mannetjes gaan vergezeld van een bod, dat bepalend is welke speler aan het eind van een ronde een bonuskaart mag pakken. Op het Brusselbord zijn de acties gratis, maar daar is weer een klein verhaaltje aangeknoopt, als zou Justitie deze acties als schimmig en malafide aanmerken, waardoor een speler met de meeste mannetjes op dit bord een mannetje naar het Paleis van Justitie moet sturen om daar verantwoording af te leggen. Dus vroeger bestond er ook al bouwfraude, zo leer je nog eens wat! Maarre: hebben we zoveel bijzaken nodig in een spel?


illustratie Joost Swarte
x

Maar er is nog meer detail: het Jugenstilbord is niet zomaar te bespelen; elke ronde wordt er een kaart gedraaid en wordt volgens de coördinaten het speelvlak beperkt. Waarom, waarom is dit gedoe per se nodig?
Op het Jugenstilbord kunnen de spelers aan kunstwerken komen; helaas hebben ze dit niet voor het zeggen maar moeten deze van een blinde stapel trekken. Elke speler die een of meerdere wereldtentoonstellingsfiches heeft, kan evenzovele kunstfiches bijtrekken en heeft aldus een ruimere keuze uit de collectie. Elk van de vijf wereldtentoonstellingsfiches wordt aan het eind van een ronde aan die speler gegeven die als eerste past. Op deze fiches staan standaard twee Manneke Pissymbolen; op de te verdienen bonuskaarten kunnen er nog meer staan. De speler met de meeste Manneke Pissymbolen wordt startspeler voor de volgende ronde. Zo, die regel is ook afgedekt! Maarre: moet het zo omslachtig?

x

Wanneer een kunstwerk wordt verkocht, moet er op het Brusselbord een grid worden geraadpleegd waarop de verkoopprijs staat en de punten die een speler bijgeschreven krijgt. Ergens in dit grid ligt een kleurige marker die vooraf nog verschoven kan worden aan de hand van het aantal kunstfiches dat een speler in zijn bezit heeft. Het kunstwerk moet een andere kleur hebben als de twee kunstwerken die al in de winkel liggen, anders is er geen deal.
Een speler die een mannetje op het veld 'Koninklijk Theater' heeft gezet, komt bij zijn theaterbezoek een invloedrijk persoon tegen en knoopt een contact met hem aan. Daarbij heeft hij de keus uit vier personenkaarten op het Brusselbord, die in kosten oplopen. De kaart kan meteen en eenmalig worden gebruikt en afgelegd, of de speler gebruikt de kaart maar behoudt hem om in latere rondes nog een keer te activeren.

x
Op de kaart staat een geldbedrag; dit moet aan het eind van het spel worden voldaan of anders verliest de speler 5 punten. Onmisbaar nietwaar, dit allemaal?
x

Dan is de actie grondstoffen pakken een verademing: pak twee grondstoffen. Verder niks, klaar.
Maar met de bouwactie wordt meteen weer vol ingezet op complexiteit: de speler moet de bouwkosten betalen die volgens de wijzers op het Brusselbord staan aangegeven, elk van de grondstoffen die elk van de wijzers aangeeft tenminste eenmaal; hierbij mag een witte jokergrondstof worden gebruikt. Heeft een speler geen jokergrondstof gebruikt, dan krijgt hij meteen 5 punten bijgeschreven. Hierna moet hij een van de grondstofwijzers een segment in de richting van de klok verder schuiven; de twee wijzers mogen echter nooit op hetzelfde segement staan. Vervolgens plaatst de speler zijn gebouwentegel op een van de velden van het Jugenstilbord waar nog geen mannetje staat. Vanaf nu profiteert deze speler van een bonusactie wanneer een andere speler op dit veld een mannetje inzet. Aan het eind van het spel scoort elk gebouwentegel zoveel als zijn persoonlijke aanzien op zijn eigen spelersbordje is gestegen, van drie tot tien punten per tegel.

x
Er is nog een aantal acties op het Brusselbord, van het pakken van drie jokergrondstoffen, geld, het uitvoeren een van de vijf acties die op het Jugenstilbord niet meer beschikbaar zijn, of het activeren van reeds in het bezit van de speker zijnde personenkaarten.
x

Aan het eind van een ronde is er opnieuw allerhande te doen: de speler die het meeste geld in een kolom op het Jugenstilbord heeft ingezet, mag de corresponderende bonuskaart pakken; de nieuwe startspeler wordt bepaald, en de spelers bepalen wat ze met hun bonuskaarten doen: ofwel het symbool van de kaart gebruiken, ofwel de kaart bij het persoonlijke spelerstableau leggen.

x
x

Hierbij heeft hij de keuze uit vier verschillende kolommen, die elk een categorie vertegenwoordigen: voor elke 4 punten nog eens zoveel punten als er puntsymbolen in deze kolom liggen; idem voor elk kunstwerk, personenkaart of mannetje.

x

We zijn niet klaar: bij elk tussenliggend symbool op het Jugenstilbord krijgt de speler met de meeste aangrenzende mannetjes net zoveel punten als zijn aanzien op de Raadhuislijst op het Brusselbord; op deze lijst komt een speler vooruit via de bonuskaarten. En tenslotte moet de speler die op de vier velden van het Brusselbord de meeste mannetjes heeft ingezet, er eentje van naar het Paleis van Justitie sturen; deze kunnen een voor een terugkomen via de bonus- of personenkaarten.

x

Aan het eind van het spel worden bij de reeds behaalde score nog punten bijgeteld: voor gebouwen, voor bonuskaarten die de spelers bij hun persoonlijke bordje hebben gelegd, voor grondstoffen, en voor het bezit van de startfiguur. Personenkaarten die niet kunnen worden betaald, krijgen een aftrek van vijf punten.
Nou, dat was het! Klaar om te spelen?

Over relaties gesproken:
...Hallo? Waar is iedereen?
© 2011 Richard van Vugt

Bruxelles 1893, Etienne Espreman, Pearl Games/Heidelberger Spieleverlag, 2013 - 2 tot 5 spelers vanaf 13 jaar, 25 minuten per speler


x
x
x