xxxx xxxx

Key Market
Auteur: David Brain
Uitgever: R&D Games
Jaar: 2010


recensie door

x
In Keydom staat zelfvoorzienendheid hoog in het vaandel. Daarom pogen we met onze eigen familie een bloeiend economisch systeem op te zetten. Op het land worden grondstoffen verbouwd die op de markt verkocht kunnen worden, en het geld wordt ingezet om het bedrijf uit te breiden.
x

De slimme neefjes worden naar de stad gestuurd om wat te leren, om zodoende aanzien te krijgen en met een hoofd vol nuttige kennis weer terug te keren. Als je het echt goed voor elkaar hebt kun je het je veroorloven om iedereen boven de 55 met pensioen te sturen en geriefelijk achter de geraniums van het luxe landhuis te plaatsen. Alleen in de families die het wat minder breed hebben staat opa nog onkruid te wieden!

x
'Key Market' speelt in twee jaren die ieder uit vier seizoenen bestaan. Er is een bord dat de marktprijzen van de vijf verschillende grondstoffen (groente, fruit, graan, vis, vlees) en de luxegoederen aangeeft, een seizoenenbord en een aantal borden met landschapstegels die samen de velden van Keydom vormen. Ook liggen er afhankelijk van het spelersaantal vijf tot zeven gildehuizen. Ieder seizoen doorlopen we dezelfde drie fasen. Allereerst de landbouwfase; hierin kunnen de spelers werkers (ver)plaatsen op de landschapstegels. Werkers op een ronde tegel krijgen één grondstof van de afgebeelde soort, en die op een vierkante tegel twee.
x
Maar de seizoenen hebben hier hun invloed: in de winter wordt er sowieso niks geoogst, en in de overige seizoenen is er telkens één landschapstype dat extra produceert, en eentje dat niks produceert. Op de dorpstegels worden luxegoederen gemaakt; deze zijn niet seizoensafhankelijk, en kunnen bij het betalen als joker gebruikt worden om twee andere grondstoffen te vervangen, maar een werker die zich in het dorp wil vestigen moet wel 5 goud betalen! Als er al werkers in een gildehuis staan mogen ze tegen betaling van grondstoffen een niveau opklimmen: van leerling naar handwerksman, of van handwerksman naar gildemeester.
x
Een keer in het spel kan een speler zijn boerenhutje opwaarderen naar een landhuis, tegen betaling van twee grondstoffen en een luxegoed. Wanneer het landhuis eenmaal gebouwd is kunnen werkers met pensioen gestuurd worden; de pensioenpremie bedraagt vier verschillende grondstoffen. Als alle spelers de landbouwfase doorlopen hebben, volgt de marktfase.
x
Iedereen selecteert blind een of meerdere goederen die op de markt verkocht zullen worden, en onthult deze gelijktijdig. In spelersvolgorde worden de goederen vervolgens verkocht in setjes van maximaal twee dezelfde goederen. De verkoper ontvangt de huidige marktprijs, maar legt daarna een goed op de markt zodat de prijs daalt. De volgende speler die dit zelfde goed wil verkopen ontvangt er dus minder geld voor. Ook mogen alle spelers eenmalig een gildeactie uitvoeren. Hierbij kunnen ze kiezen uit een aantal acties die in de landbouwfase ook al mogelijk waren, maar ook wat nieuwe dingen: een leerling naar een handelshuis sturen, goederen kopen op de markt, of geld uit de voorraad nemen.
x

De derde fase bestaat uit het betalen van de werkers op het land (2 goud per werker), en het bepalen van de nieuwe spelersvolgorde: de speler met de minste werkers op het land wordt startspeler. Het is toegestaan om werkers van het land te halen voordat ze betaald worden, om zo geld te besparen, of om startspeler te kunnen worden. Dan gaat het volgende seizoen van start, en na acht seizoenen is het spel ten einde. Er is dan nog geld te verdienen voor familieleden in de gildehuizen (afhankelijk van hun niveau 5 - 15 goud), voor iedere gepensioneerde (15 goud), voor het bezitten van een landhuis (15 goud), en voor eventuele speciale functies van de gildehuizen.

x
x
x
x

Hoewel 'Key Market' een andere auteur heeft, past het spel prima binnen de Key-reeks van Richard Breese. Aan de vormgeving is de nodige zorg en aandacht besteed. Het regelboekwerk is 16 pagina's dik, maar dan wordt alles ook wel heel erg duidelijk uitgelegd: alleen al voor het beschrijven van de spelcomponenten worden drie pagina's uitgetrokken. Key Market is als vanouds sfeervol en met liefde geïllustreerd door Juliet Breese. Door de veelheid aan details laat de duidelijkheid soms te wensen over; zo zijn de werkers op de landschaptegels soms lastig terug te vinden in het kleurenbonanza, maar het is een kniesoor die daar zijn spelplezier door laat bederven. Het speloverzicht is precies zoals het moet zijn, namelijk klein, overzichtelijk en ontzettend compleet: een perfecte leidraad voor het spel, van de eerste ronde tot en met de eindwaardering.

x
x

Het belangrijkste van het spel lijkt het oogsten van grondstoffen, het verkopen daarvan, en het opnieuw investeren van de opbrengst. Dat is niet bijster origineel gevonden, en als zodanig ook niet genoeg voor een  pakkend spel. De marktprijzen dalen als er verkocht wordt en stijgen als er gekocht wordt; dit zou een dynamische markt moeten opleveren, maar in de praktijk blijven alle goederen rond hetzelfde bedrag hangen. Dit maakt het markt-gedeelte van het spel een beetje tam. Als een andere speler eerder verkoopt dan jij, ontvang je één goud minder bij de verkoop; er zijn erger dingen...

x
De gildehuizen leveren meer pit op. Bij ieder niveau hoort een speciale eigenschap die tijdens het spel of bij de eindwaardering van toepassing is. Soms produceren bepaalde velden extra, of hoeven de werkers niet of minder betaald te worden, is het goedkoper om werkers in de gildehuizen of op de landschapstegels te plaatsen, of leveren gildeleden of grondstoffen aan het eind van het spel extra goud op. Er zijn twaalf gildehuizen, waarvan er steeds maar een aantal meedoet. De speciale eigenschappen van de gildehuizen kunnen heel krachtig zijn, en er bestaan ook hele gunstige combinaties tussen verschillende gildehuizen.
x
Dit heeft een voordeel en een nadeel: het is leuk dat er elk potje andere dingen mogelijk zijn en er zal niet snel een ingesleten patroon ontstaan bij herhaald spelen, maar omdat je sommige gildehuizen niet zo vaak voorbij ziet komen, en ze er nogal hetzelfde uitzien, krijg je ze niet zo makkelijk in de vingers.

Wie niet constant naar de teksten op de gildehuizen zit te kijken kan zo leuke extra's mislopen. En omdat het spel al zo enorm veel materiaal en borden omvat, zijn er altijd spelers die niet dicht genoeg bij de gildehuizen zitten om ze goed in de gaten te kunnen houden. Het hadden er best wat minder mogen zijn, die dan duidelijk onderscheidend zijn vormgegeven zodat het voor iedereen duidelijk is wat er mogelijk is. Desalniettemin vormen ze een onmisbaar element van het spel: met name door de tamme markt zou het spel anders erg vlak zijn. Het is jammer dat net het gedeelte waar het spel zijn naam aan ontleent niet goed uit de verf komt, maar los daarvan is 'Key Market' een aardige toevoeging aan de reeks.
© 2011 Barbara van Vugt

Key Market, David Brain, R&D Games, 2010 - 2 tot 4 spelers vanaf 12 jaar, 90 minuten


De illustraties zitten nu toch echt de duidelijkheid in de weg; verder weet het futloze marktmechanisme niet echt te boeien
Voor een spel dat 'Key Market' heet is de markt nogal mat
x
x
x