xxxx

Avalon
Auteur: Leo Colovini
Uitgever: Kosmos
Jaar: 2003


recensie door

x
In het tweepersoonsspel Avalon wordt gestreden om verschillende gebieden in het Groot Brittanië ten tijde van koning Arthur. Elf verschillende landschapskaarten worden blind op een rij gelegd; aan weerszijde van deze kaarten kunnen beide spelers hun strijders aanleggen. Op ieder landschap staat een bepaald aantal overwinningspunten afgebeeld (1-3), en de speler die als eerste zoveel gebieden verovert dat hij 15 overwinningspunten heeft, wint.
x
Strijders komen in de smaken ‘tovenaressen’ en ‘ridders’, ieder in vijf kleuren. Aan het begin van het spel wordt bij ieder landschap aan beide zijden alvast 1 kaart neergelegd, en in zijn beurt mag een speler vanuit zijn hand zoveel kaarten bijleggen als hij wil. Het aantal kaarten dat je bij een bepaald gebied hebt liggen geeft aan hoe sterk je verdediging in die regio is. Naast deze verdedigende functie kunnen de kaarten ook gebruikt worden om de tegenstander mee aan te vallen, en zodoende manschappen of gebieden van hem te veroveren.
x
Aanvallende tovenaressen zijn in staat om een kaart van de tegenstander over te laten lopen naar eigen zijde middels een toverspreuk, mits deze tovenares dezelfde kleur heeft als de te betoveren kaart (ridder of tovenares). De tovenares komt dan samen met de betoverde kaart aan de zijde van de actieve speler te liggen.
x
Maar de verdedigende speler krijgt eerst de kans om dit te voorkomen, door een zogenaamde tegenspreuk te lanceren. Hij speelt dan vanuit de hand een tovenares van dezelfde kleur uit; deze tovenares betovert de aanvankelijk aanvallende tovenares van de tegenstander, zodat zij zelf overloopt naar de hand van de verdedigende speler.
x
Aanvallende ridders zijn niet zo kwistig met toverspreuken, maar kunnen wel met brute kracht een gebied veroveren. Een aanvallende ridder mag ingezet worden in een gebied waar de actieve speler voor de aanval al evenveel of meer kaarten (ridders en/of tovenaressen) had liggen als de tegenstander. Volgt er geen tegenaanval, dan is de aanval geslaagd.

Het gebied in kwestie wordt dan opengedraaid met de tekst in de richting van de zegevierende speler, of, wanneer het gebied al eerder veroverd was door de tegenstander en dus al open lag, simpelweg omgedraaid richting de nieuwe veroveraar. Na een geslaagde aanval moeten door de overwinnaar nog wel ‘veroveringsverliezen’ betaald worden in de vorm van kaarten, veel kaarten. Allereerst moet de verliezer al zijn kaarten bij dit gebied weghalen, en de winnaar moet vervolgens datzelfde aantal aan eigen zijde weghalen. Maar dat is nog niet alles! Vervolgens moet de winnaar nog net zoveel kaarten weghalen als er bij het gevecht betrokken waren, dus het aantal kaarten dat aan de verdedigende zijde lag plus het aantal aan de aanvallende zijde. Dit aantal mag de winnaar overal vandaan halen: uit zijn hand, uit het net veroverde gebied, of een willekeurige andere openliggende kaart aan zijn eigen zijde. De verdedigende speler kan de aanval echter ook pareren door een ridder van dezelfde kleur vanuit de hand te spelen; dan blijven de aanvallende en de verdedigende ridder gewoon liggen in het gebied in kwestie, ieder aan hun eigen zijde, en blijft de eigenaar van het gebied ongewijzigd.
x
x
x