xxxx xxxx

Genial Spezial
Auteur: Reiner Knizia
Uitgever: Kosmos
Jaar: 2009


recensie door

x
Wanneer een spel ‘Einfach Genial’ wordt genoemd, hebben de verantwoordelijken, uitgever en auteur, een hoge dunk van zichzelf. Daar is niets mis mee, schouderklopjes worden toch al te weinig uitgedeeld dus waarom jezelf niet eens lekker kietelen, zal de onderliggende gedachte zijn geweest. Wanneer er daarna een sequel komt met de titel ‘Genial Spezial’ verwachten we een spel van onaardse hoogte, immers, de vorige versie was nog eenvoudig - en bovendien, daardoor, of desondanks geniaal, maar nu gaan we het echt meemaken jongens, let op, het wordt moeilijk!
Wordt deze verwachting waargemaakt?
Op een speelbord in de vorm van twee grote zeshoeken ligt een grid van kleinere zeshoeken waarop aan het begin van het spel twee soorten plastic torentjes worden gezet, hoge en lage. Op de torentjes worden fiches met de lagere waarde naar boven gelegd, een ‘1’ of een ‘2’; de fiches komen in vier kleuren die willekeurig worden verdeeld. In een beurt speelt een speler een plastic speelstukje in zijn kleur en probeert daarbij twee torens te verbinden omdat dit punten oplevert volgens de opgaaf van de er bovenop liggende fiches; op een persoonlijk scorebordje houdt de speler zijn voortgang in de verschillende kleurbereiken bij.
x
Wanneer er voor een toren wordt gescoord, wordt het fiche naar de hogere waarde omgedraaid, de ‘1’ wordt een ‘2’ en de ‘2’ wordt een ‘3’; bij een volgende score van deze toren wordt er in deze kleur voor deze hogere waarde gescoord. Elke keer wanneer een nieuwe toren aan de reeks wordt toegevoegd, wordt er voor de nieuwe toren gescoord.
x
Bonuspunten worden toegekend vanaf en wanneer twee hoge torens met elkaar worden verbonden; de speler gaat per nieuw verbonden grote toren voor elk van de vier kleuren een stapje op zijn scorebordje vooruit.
Na twintig ronden, wanneer elke speler al zijn stukjes heeft gelegd, wordt de score op de bordjes vergeleken: de speler die van de kleur waar hij het minst ver in is gekomen, verder staat dan andere spelers in hun minst verre kleur, heeft gewonnen.
x
x
x
De torens kunnen meermaals maar met een nieuwe keten gescoord worden, en er zijn bonusvelden waar een kleur naar keuze gescoord kan worden die doen denken aan de waarderingsvelden bij ‘Scrabble’ . Elkaar dwarszitten is mogelijk maar gaat meestal volgens het principe ‘twee honden - been’, omdat ondertussen de andere spelers gewoon lekker en ongestoord doorbouwen aan de eigen keten.
x
Het is misschien niet erg netjes gezegd, maar Reiner Knizia bedenkt spellen zoals een Indiër zijn stoelgang ondergaat. Veel ervan lijkt op eerder uitgebracht werk, en met ‘Genial Spezial’ wordt dit titeltechnisch ook niet onder stoelen of banken gestoken; begrijpelijk, omdat ‘Einfach Genial’ een verkoophit was en de consument best gemasseerd mag worden volgens werking van de 'geholpen bekendheid’, zoals dat in marketingtermen heet. Ook het scoreprincipe ‘de meeste van de minste’ vinden we bij dit spel, en eerder nog, bij ‘Euphrat & Tigris’ terug. Het verbinden van een reeks met objecten op het bord zagen we in ‘Durch die Wüste’.
x
Het zou misschien goed zijn wanneer Knizia, om de ongepaste vergelijking maar eens door te trekken, last van verstopping kreeg, zodat de kleine mini-ideetjes weer eens leiden tot een echt vernieuwend spel als de twee eerder genoemde. Knizia kan het, maar lijkt het te verkiezen een beetje laf in eigen staart te bijten en eerdere invalletjes met een kleine verandering als ‘nieuw’ te presenteren. Dat is zonde van zijn talent, waarover hij onmiskenbaar beschikt. En als hij het zelf niet doet, zou de uitgever het moeten doen. Geef zo iemand een sabbatical, en laat ‘m terugkomen met een waarlijk groots en geniaal spel. Herr Doktor kan zoveel beter...
© 2009 Richard van Vugt

Genial Spezial, Reiner Knizia, Kosmos, 2009 - 2 tot 4 spelers vanaf 10 jaar, 45 minuten


Geen slecht spel, maar te abstract naar mijn smaak
x
x
x