xxxx xxxx

Alcazar
Auteur: Wolfgang Kramer
Uitgever: Kosmos
Jaar: 2009


recensie door

x
Een hoekje op de doos vermeldt: ‘met de nieuwe Big Bossvariant’, daarmee duidelijk makend wat ‘Alcazar’ eigenlijk is. Of ook kan zijn. Of niet is. ‘Big Boss’, dat weer de afgeleide was van Sid Sackson’s ‘Acquire’, was jarenlang niet meer te koop en kreeg door hype-achtige oorzaken cultstatus waardoor tweedehands exemplaren van het spel voor exorbitante prijzen van de hand gingen. De roep om ‘Big Boss’ opnieuw uit te geven was groot.
Omdat ‘Big Boss’ nogal zwaar leunde op ‘Acquire’ en om er wat vermeende ongerechtigheden uit te halen, werd het spel voordat het opnieuw werd uitgegeven om het maar fautuleus te zeggen ‘doorontwikkeld’ tot wat het nu is.
En dat nu is verschrikkelijk jammer.

Wat was er zo leuk aan ‘Big Boss’? In dit spel ging het om het stichten van firma’s met verbasterde automerknamen als ‘Royal Rose’ of ‘Lord’. Er konden aandelen van worden gekocht, en de ketens konden met behulp van genummerde bouwkaarten worden vergroot, wat de waarde van de onderneming deed stijgen.
Fusies tussen twee ketens maakten het spel, net als in ‘Acquire’ spannend, want zo kon de waarde van een keten waar een speler al een meerderheid in had nog verder worden vergroot doordat de kleinere keten werd opgeheven en onderdeel werd van de grotere keten. En de ketens leverden geld op naarmate een speler er meer of minder aandelen in had - en alles draaide om geld.
In het nieuwe ‘Big Boss’ gaat het ook nog steeds om geld, maar de aandelen zijn verdwenen. De setting is veranderd; de spelers zitten nu in Spanje om kastelen te bouwen. Daar hebben ze zes baronnen en twee opperbaronnen voor die ze in de ontstane kastelen kunnen plaatsen en net zoals eerst de aandelen deden voor geld zorgen. Omdat onvoorzichtige spelers in ‘Big Boss’ zonder geld en zonder inzetbare bouwkaarten konden komen te zitten is er een aantal veranderingen ingevoerd.
x
Allereerst is er nu een etalage van zes bouwkaarten, zodat een speler de voor hem gunstige kaart kan kopen. Ten tweede is er naast het stichten van een keten/kasteel nu ook de bouw van een villa mogelijk die de afstandsregel van drie vrije plaatsen terugbrengt tot slechts een. Daardoor kunnen voorheen onspeelbare kaarten nog worden uitgespeeld, en bovendien vormen ze een aardige bedreiging voor een naburige grote keten: wanneer een aansluiting/fusie tot stand komt, blijft de baron in de villa en snoept zo financieel mee van het reeds gebouwde grotere kasteel.
x
Verder zijn de etalagekaarten nu democratisch bij elkaar in een stapel gelegd en zitten ze niet meer verdeeld in de bouwkaartenstapel; elke speler kan ze kopen om een kasteel een verdieping hoger te bouwen. Wanneer alle torendelen geplaatst zijn, is het spel uit en wordt de waarde van de baronnen die in een kasteel staan verzilverd tegen de waarde van die keten.
x
x
‘Alcazar’ gaat nog een stapje verder. Ook hier zijn geen aandelen meer in het spel. Maar het gaat niet langer om geld, maar om de baronnen. Deze zijn aan het eind van het spel net zoveel punten waard als de etagehoogte die ze bezetten. Fusies zijn extra interessant omdat de baronnen uit de kleinere keten mogen blijven staan.
x
Door de introductie van bruggen kunnen de baronnen op een hogere positie komen, en bovendien kan een fusie nu uit allerlei hoeken van het speelbord komen doordat diverse niet numeriek opeenvolgende speelvlakken nu plots toch met elkaar verbonden kunnen worden.
‘Alcazar’ eindigt wanneer alle bouwstenen of bruggen zijn geplaatst.
x
x
x
‘Big Boss’ was leuk, ongecompliceerd en snel, en het had een functionele uitvoering. Zo stapelen de blokken in ‘Big Boss’ lekker gemakkelijk op elkaar, en de ketens worden prima in positie gehouden door de gesimuleerde blinddruktechniek die op het spelbord is toegepast. Maar spelers die met ‘Alcazar’ ook het oude ‘Big Boss’ in huis denken te hebben gehaald, komen bedrogen uit.
x
De abstracte blokken zijn vervangen door sfeervolle torens, dat wel, en er is veel moeite gedaan om het spel sfeer te geven. Maar dat gaat ten koste van de functionaliteit: de torens stapelen nogal lastig, en door het ontbreken van de blinddruk op het bord komen ze vaak scheef te staan. Onhandig is ook dat de klinkende fantasienamen en duidelijk markante kleuren van de ketens zijn vervangen door nog fantasievollere wapenschildjes in fletse sfeerkleurtjes, waardoor het onderscheid tussen de verschillende kastelen soms moeilijk te maken valt.

x x
Nog een irritatie: de baronnen zijn, achter de wapenschilden geplaatst, niet meer te zien voor spelers aan de andere kant van de tafel - O verrek! Stond er daar nog een?
Afgezien van deze cosmetische veranderingen, heeft het nieuwe ‘Big Boss’ een totaal ander gevoel door het ontbreken van de aandelen en de vervanging daarvan door baronnen. Maar in tegenstelling tot de aandelen kunnen de baronnen niet op raken, want elke speler heeft zijn eigen setje; en zo kan elke speler deelnemen in een groot kasteel, waar dan vaak ook nog gezamenlijk aan wordt verder gebouwd. De torenkaarten, te koop voor 10 geld, zijn zeer gewild, net zoals ze dat in het originele spel waren. Als de spelers eenmaal wat ruimer in hun geld zitten, ontstaat er dan ook een run op de torenkaarten totdat deze stapel helemaal leeg is. In testronden is volgens de auteur gebleken dat een limiet dit niet kon oplossen; toch vindt de auteur dat hun belang niet moet worden overschat, een ervaring die wij niet delen. Tenslotte is het een beetje vreemd, dat twee spelers het originele ‘Big Boss’ in 60 minuten hebben afgerond, maar dat ze er in het nieuwe ‘Big Boss’ 30 minuten langer over doen. Dat is wellicht te wijten aan de diverse regels die het inzetten van een baron, bouw- of torenkaart betreft waardoor er weliswaar tactischer kan worden gespeeld, maar waarvan het spelverloop een stuk taaier wordt.
x
In ‘Alcazar’ wordt alles een stuk onoverzichtelijker; door het bouwen van diverse bruggen die niet opeenvolgende nummers verbinden gaat het speelbord er langzamerhand zeer sfeervol uitzien, maar het overzicht komt het niet ten goede. Meer cijfers op het bord hebben nu mogelijkheden tot aansluiting; dat er een etalage van zes kaarten ligt, maakt het spel eveneens een stuk trager; het moet namelijk allemaal bij de afweging in een beurt worden meegenomen. Ook het fysieke gehannes met baronnen en vlaggen bij een uitbreiding is nogal onhandig.
Tegen het eind van ‘Alcazar’ hebben vrijwel alle spelers hun baronnen op een optimale positie staan; toch moet er nog nutteloos worden doorgespeeld tot de eindconditie is bereikt en alle torens of bruggen op zijn.
x
‘Alcazar’ is op zich geen onaardig spel; het heeft alleen tegen dat het in spelerskringen vrijwel direct met ‘Big Boss’ zal worden vergeleken. Als zelfstaand spel heeft het aardige elementen, maar voor spelers die ‘Big Boss’ kennen kunnen diverse regels verwarrend werken, zoals het feit dat elke etage hoger dan de tweede slechts gewoon de waarde met twee vermeerderd, en niet met de daadwerkelijke hoogte van de etage zoals in ‘Big Boss’. En zo zijn er diverse dingetjes die je moet afleren om ‘Alcazar’ te kunnen leren en waarderen. Het is eigenlijk beter als een speler ‘Big Boss’ helemaal niet kent en nieuwe spelers kunnen beter meteen aan ‘Alcazar’ beginnen en de variant van het nieuwe ‘Big Boss’ negeren.
x
Een aparte vermelding is er voor de prachtige en sfeervolle illustratie op de doos van Eckhard Freytag die met veel aandacht en liefde getekend moet zijn. De lichtval op de glanzende zijde en de overige details in de kleren van de edele zijn zeer realistisch en van een 17e-eeuwse precisie. En dat het koningsblauw zo helder en schitterend overkomt, is natuurlijk ook te danken aan een voortreffelijke drukker.
x
Het lijkt op een marketingfout; ‘Big Boss’ had ongewijzigd uitgegeven moeten worden en ‘Alcazar’ als separate titel. Dan zou het niet als een wethouder Hekking voortdurend de aandacht van ‘Alcazar’ afleiden dat zonder deze voorkennis apart gewaardeerd zou worden. Een vergelijking ‘Alcazar’ vs. ‘Big Boss’ ligt dan voor de hand. Dat zou niet mogen, maar is onvermijdelijk door de spagaat die ons met ‘Alcazar - met de nieuwe Big Bossvariant’ geleverd wordt.
© 2010 Richard van Vugt

Alcazar, Wolfgang Kramer, Kosmos, 2009 - 2 tot 5 spelers vanaf 10 jaar, 60-90 minuten


Een gemiste kans: een 5 voor het nieuwe 'Big Boss'
Een 5 voor het overbodige nieuwe 'Big Boss'
Fraai uitgevoerd spel, maar door niet intuïtieve bouwregels wordt het geen echt leuke spelbelevenis
x
x
x